Dat is de conclusie van de EHPA (European Heat Pump Association) eerder dit jaar. In 2024 daalde de verkoop van warmtepompen met 23% in 13 EU-landen, goed voor maar liefst 85% van de Europese markt. Sommige landen werden zwaarder getroffen, zoals België met een daling van 52%, en ook Duitsland en Denemarken met elk een terugval van 48%. Op het eerste gezicht lijkt het dramatisch, maar er zijn ook positieve signalen. Zo kende het Verenigd Koninkrijk een stijging van 60% dankzij ambitieuze overheidsmaatregelen.
Hoewel 2024 geen topjaar was, betekent dat niet dat de sector een serieuze terugval heeft gekend. Volgens de EHPA winnen warmtepompen al tien jaar gestaag terrein op traditionele verwarmingssystemen.
In 2023 bereikten warmtepompen een marktaandeel van 31,6% in de residentiële verwarmingsmarkt. In 2024 bleef dat aandeel op 28%, nog steeds 6% hoger dan in 2021, met een vergelijkbaar aantal verkochte toestellen.
Als we de cijfers van de 19 geanalyseerde landen onder de loep nemen, zien we dat warmtepompen meer dan 90% van de residentiële verwarmingsmarkt uitmaken in Noorwegen, Zweden en Finland. Andere landen zoals Frankrijk, Oostenrijk en Portugal overschreden de kaap van 40% jaarlijkse verkoop.
Wat het type systeem betreft, waren lucht-lucht warmtepompen het populairst in 2024, met 875.000 verkochte eenheden. Verrassend? Niet echt, aangezien deze technologie zowel verwarming als koeling biedt – een aantrekkelijk voordeel voor veel consumenten.
In België zijn de verkopen opnieuw gestegen, zoals blijkt uit de cijfers van het eerste semester van 2025.