Zonnestroom : einde van de vergoeding, maar meer groenestroomcertificaten in Brussel ?

BRUGEL stelt voor om het principe van de vergoeding af te schaffen in 2018 wat nadelige gevolgen heeft voor zonnestroomproducent. De Brusselse regulator stelt daarom voor om het subsidieniveau van groencertificaten te verhogen om de ​​terugverdientijd op de investering van 7 jaar te behouden.

Brugel, de Brusselse regulator van de energiemarkt, heeft in december vorig jaar een voorstel gepubliceerd dat de economische parameters  van de PV-investeringen in regio Brussel analyseert. Op basis hiervan vraagt de regulator aan de regionale Minister van Energie, Celine Fremault,  om de steun te verhogen.

De context is het volgende. In Brussel garandeert de wet een terugverdientijd (ROI)  van  7 jaar. De elektriciteitsprijs daalde echter met 15 % (BTW daalde van 21 % naar 6 %) en vooral het principe van de jaarlijkse vergoeding (de terugdraaiende teller) zou moeten worden afgeschaft op 1 januari 2018 wat tot nadelige gevolgen leidt voor de zonnestroomproducent.

Voorbeeld van de impact door de afschaffing van de vergoeding:

Een installatie van 4 kWp die 3.600 kWhe/ jaar produceert, waarvan 35 % zelf wordt verbruikt, injecteert 65 % van haar productie, namelijk 2.340 kWhe, op het net. In plaats van een compensatie van 20 eurocent/kWhe, wordt het geïnjecteerde vermogen niet meer vergoed. Het is aan de producent om een koper te vinden – niet makkelijk! – om deze elektriciteit  aan een marktprijs te verkopen, namelijk aan 4 of 5 eurocent/kWhe, dat is vier keer minder dan de vergoeding. Deze producent zal dus jaarlijks maximaal 370 euro besparen in plaats van jaarlijks 720 euro het jaar ervoor. Dit komt neer op een tekort van 87,5 €/kWp.

Op basis van deze analyse stelt BRUGEL  voor om de fotovoltaïsche steun te verhogen en 3 groene stroomcertificaten/MWhe (tegen 2,4 op dit moment) toe te kennen gedurende een periode van  10 jaar. We wijzen erop dat het “groene stroom” besluit in ontwerpfase van plan is om de omvang van de steun te moduleren, afhankelijk van de grootte van de installatie en of deze al dan niet wordt geïntegreerd in het gebouw (BIPV).